Wie is toch die man die op zondag altijd het vlees komt snijden?
Bernard Welten. Tot 2011 hoofdcommissaris van het Amsterdamse politiekorps. Hij zegt:
In 1992 werd tijdens het onderzoek naar de vermisten tijdens de Bijlmerramp duidelijk dat de overheidsbestanden volstrekt ontoereikend waren. 34 andere bestanden, waaronder de Wehkamp, de Otto en het bestand van de dierenarts, moesten duidelijkheid brengen wie waar gewoond zou kunnen hebben. De overheid bleek geen enkel beeld van de werkelijkheid te hebben.
Kreeg zijn echte ontslag pas in 2018 na aanhoudende verontwaardiging over ondermaatse prestaties afgezet tegen het hoge salaris dat hij na zijn vertrek in 2011 was blijven ontvangen:
In 2012 startte Welten als mede-oprichter het Initiatief1overheid. Dit betreft een initiatief van burgers die verontrust zijn over de miljarden euro’s die jaarlijks verdwijnen door fraude in alle sectoren van de samenleving.
Brengt ons wel meteen op een nieuw CBS-rapport “Monitor kwaliteit Stelsel van Basisregistraties, Tweemeting van de kwaliteit van basisregistraties in samenhang”:
2.1 Overzicht indicatoren - koppeling populaties BRP-BAG
Nummer, Indicator
- Personen in de BRP woonachig in verblijfsobject zonder bag-id
- Personen in de BRP woonachtig in een verblijfsobject dat niet wordt teruggevonden in de actieve BAG populatie
- Aantal personen op een klein woonoppervlakte per persoon
- a. Personen in de BRP woonachtig op een adres met een onlogische status in de BAG (harde indicatie)
b. Woonadressen in de BRP met een onlogische status in de BAG (harde indicatie)- Personen in de BRP met ongelijke gegevens over een verblijfobject in de BAG
Bijvoorbeeld over indicator 3:
Deze indicator onderzoekt of het aantal personen per woonoppervlakte logischerwijs wel zou kunnen kloppen. In de BAG staat informatie over de gebruiksoppervlakte van een verblijfsobject en de BRP stelt vast hoeveel personen in een verblijfsobject wonen. Als er veel mensen op een relatief klein oppervlakte wonen (een laag aantal m2 per persoon), dan kan dit duiden op registratiefouten.
BRP in samenhang met BAG:
Om de eerste vijf indicatoren te berekenen, is de BRP gekoppeld met de BAG. In de BRP staan gegevens over personen geregistreerd, terwijl in de BAG gegevens over adressen en gebouwen zijn opgenomen.
22 140 ontbrekend bag-id in BRP 57 120 geldig bag-id maar niet in actieve BAG 79 260 totaal aantal personen woonachtig op adres dat niet kan worden teruggevonden in BAG 17 123 830 aantal personen dat kan worden teruggevonden in BAG 17 203 090 personen wonen volgens de BRP op 1 december 2017 in Nederland
In geval van afronding kan het voorkomen dat het weergegeven totaal niet overeenstemt met de som van de getallen.
Onderdanen zoek maken via straatnamen:
Bij 0,1 procent (15 790 personen) is er sprake van een verschil in de adresgegevens. In meer dan de helft van de gevallen gaat het om een verschil in de straatnaam. Er is dan meestal sprake van één van de volgende punten:
- In bijna de helft van de gevallen gaat het om inconsistent gebruik van afkortingen.9) Zo wordt bijvoorbeeld het woord ‘burgemeester’ in een straatnaam, soms afgekort overgenomen in de BRP. Ook komt het voor dat wanneer de officiële straatnaam in de BAG ‘burg’ bevat, deze soms als ‘burgemeester’ in de BRP opgenomen wordt.
- Bij ongeveer een kwart van de gevallen gaat het om verschillen in spelling, bijvoorbeeld door trema’s of dakjes. Ook staat er soms een spatie in het ene register, terwijl deze in het andere register ontbreekt (bijvoorbeeld ‘Nieuwe weg’ versus ‘Nieuweweg’).
- Bij iets minder dan een kwart van de gevallen gaat het om een volledig andere straatnaam.
Komt met een “Tabellenset behorende bij de tweemeting van de kwaliteit van basisregistraties in samenhang, 2017” waarin Amsterdam op genoemde hutjemutje-indicator nr. 3 relatief slechter scoort dan bijv. Rotterdam:
Gemeente op basis van BRP Amsterdam 844 700 94,2% Gemeente op basis van BRP Rotterdam 631 110 98,3% Gemeente op basis van BAG Amsterdam 838 970 94,9% Gemeente op basis van BAG Rotterdam 630 210 98,4%
Hier is sprake van een klein woonoppervlakte als deze minder is dan 12 m2 p.p. voor meerpersoons-huishoudens en minder dan 15 m2 p.p. voor eenpersoonshuishoudens.
Grafisch ontwerp van het rapport, Edenspiekermann. Geen punt. Ter zake:
De internationale norm ISO 31-0 adviseert in plaats van punten een spatie te gebruiken bij getallen van meer dan drie cijfers.
Het laatste weergegeven tabelletje komt uit Excel waarin het %-teken boven de kolom staat maar de voor ons onnavolgbare ontwerpers doen in het rapport zelf dan weer geen spatie voor %:
Volgens de internationale ISO-normen (overgenomen in de Nederlandse norm NEN EN ISO 80000-1:2013) staat er een spatie voor het procentteken.